InloggenAlles over verlichting
Lichtopbrengst
Tegenwoordig wordt de lichtopbrengst weergegeven in lumen. De lumen is een maat voor de totale hoeveelheid zichtbaar licht die een lichtbron in alle richtingen uitstraalt. Hieronder staat een vergelijkingstabel met de lichtopbrengst ten opzichte van een klassieke gloeilamp.
|
Wattage (gloeilamp) |
Lichtopbrengst |
|
15 Watt |
90 Lumen |
|
25 Watt |
220 Lumen |
|
40 Watt |
415 Lumen |
|
60 Watt |
710 Lumen |
|
75 Watt |
935 Lumen |
|
100 Watt |
1340 Lumen |
|
150 Watt |
2160 Lumen |
|
200 Watt |
3040 Lumen |
Lichthinder
De UGR-waarde geeft aan in welke mate armaturen lichthinder veroorzaken in de ruimte, vanuit de ooghoogte en kijkrichting van de gebruiker. Een hogere UGR-waarde betekent veel verblinding.
Gemiddelde UGR-waarden
|
Kantoorwerk |
UGR < 19 |
|
Tekenkamer |
UGR < 16 |
|
Verkeersruimten |
UGR < 28 |
|
Gemiddeld industriewerk |
UGR < 25 |
|
Fijn industriewerk |
UGR < 22 |
Kleurtemperatuur
De kleurtemperatuur van verlichting wordt aangegeven in Kelvin. Hoe lager het getal, hoe warmer (geler) het licht is. Hoe hoger het getal, hoe kouder (witter) het licht is.
Slagvastheid
De IK-classificatie duidt de slagvastheid aan.
IK-waarden
|
IK 00 |
Geen weerstand |
|
IK 01 |
Weerstand tegen schokken van 0,15 J |
|
IK 02 |
Weerstand tegen schokken van 0,2 J (standaard open armatuur) |
|
IK 03 |
Weerstand tegen schokken van 0,35 J (gesloten armatuur met pma afscherming) |
|
IK 04 |
Weerstand tegen schokken van 0,5 J |
|
IK 05 |
Weerstand tegen schokken van 0,7 J (open armatuur met versterkte optiek) |
|
IK 06 |
Weerstand tegen schokken van 1 J |
|
IK 07 |
Weerstand tegen schokken van 2 J (versterkt) |
|
IK 08 |
Weerstand tegen schokken van 5 J (gesloten armatuur met afscherming) |
|
IK 09 |
Weerstand tegen schokken van 10 J |
|
IK 10 |
Weerstand tegen schokken van 20 J (vandaalbestendig gesloten armatuur) |
Beschermingsgraad
Het IP-classificatiesysteem ordent de beschermingsgraad van elektrische componenten tegen vaste voorwerpen en vloeistoffen. Het eerste cijfer geeft de bescherming aan tegen indringen van vreemde voorwerpen, het tweede cijfer geeft de bescherming aan tegen indringen van vloeistoffen.
|
0 |
Geen bescherming |
0 |
Geen bescherming |
|
1 |
Bescherming tegen voorwerpen groter dan 50 mm. (toevallig met de hand) |
1 |
Druipwaterdicht: loodrecht vallend water. |
|
2 |
Bescherming tegen voorwerpen groter dan 12 mm. (vingers) |
2 |
Bescherming tegen druppelend water tot een hoek van15° |
|
3 |
Bescherming tegen voorwerpen groter dan 2,5 mm. |
3 |
Regenwaterdicht: bescherming tegen sproeiend water tot een hoek van 60° |
|
4 |
Bescherming tegen voorwerpen groter dan 1 mm. |
4 |
Spatwaterdicht: bescherming tegen opspattend water. |
|
5 |
Bescherming tegen stof. (niet stofdicht) |
5 |
Spuitwaterdicht: bescherming tegen waterstralen. |
|
6 |
Stofdicht, aanraken niet mogelijk. |
6 |
Beschermd tegen golden/zware zeeën |
|
|
|
7 |
Waterdicht: beschermd tegen onderdompeling. |
|
|
|
8 |
Geschikt voor continue onderdompeling. |